Episch theater wordt ook wel theater van de vervreemding genoemd of politiek theater. Deze theatervorm vertoont een sterke opkomst in het begin van de 20ste eeuw. In die periode zag men voornamelijk komedies, kluchten of drama’s, gericht op het vermaak van het publiek. Vooral de Duitse theatermaker Bertolt Brecht ergerde zich aan deze oppervlakkige en burgerlijke poppenkast. Hij zag dat het pure ontspanning was, maar aangezien de realistische omstandigheden helemaal niet zo ontspannend waren, dacht hij dat het theater meer mogelijkheden had dan alleen vermaak. Hij wilde de mensen inzicht geven en zo de wereld veranderen.
Vervreemdingstechnieken
<p>Het verstand aanspreken en niet de emotie zijn de belangrijkste uitgangspunten van het episch theater. Hiervoor worden door Brecht en andere theatermakers ‘vervreemdingstechnieken’ gebruikt om afstand te creëren. Het theaterstuk lijkt dus niet meer op het ‘echte’ leven, de spelers mogen niet meer op echte mensen lijken. Soms werd er ook een verteller ingezet die commentaar geeft op het gebeuren op het toneel. Er wordt in ieder geval op alle vlakken goed duidelijk gemaakt dat het slechts toneelspel is en geen werkelijkheid. Soms wordt er gebruik gemaakt van stereotypen die het verschil tussen goed en kwaad moeten uitbeelden, hierbij worden alle eigenschappen gigantisch uitvergroot, met de bedoeling om het publiek aan het denken te zetten.